Brief Voortgang plan van aanpak n.a.v. inspectierapport "Verschillende perspectieven"

De politie heeft de Inspectie Justitie en Veiligheid gemeld wat ze tot heden gedaan heeft met de aanbevelingen in het rapport ‘Verschillende perspectieven’. Volgens dit inspectieonderzoek was meer aandacht nodig voor de behoefte en verwachtingen van zedenslachtoffers.

De politie heeft daartoe diverse zaken opgepakt. Zo geven zedenrechercheurs niet meer standaard ieder zedenslachtoffer bedenktijd tussen het zogeheten informatieve gesprek en de aangifte. Uit het inspectieonderzoek bleek dat zij dat vrijwel altijd deden terwijl dat niet nodig is. Als iemand direct aangifte wil doen van een zedenmisdrijf, moet dat kunnen. Wettelijk kon dat altijd al maar de praktijk was anders. Dit pakken de zedenteams nu op.

Ook heeft de politie aandacht gevraagd voor de manier waarop zedenrechercheurs informatie geven over het doen van aangifte. Zij legden soms veel nadruk op de onmogelijkheden van een zedenzaak. Ze wilden daarmee de slachtoffers zo volledig mogelijk informeren. Dat weerhield sommige zedenslachtoffers echter onnodig van het doen van aangifte.  

Aan de Inspectie JenV is gemeld dat zedenrechercheurs er nu beter op letten om na de aangifte contact te houden met het slachtoffer. Daar schortte het soms aan, volgens het inspectieonderzoek.

De werkdruk bij de zedenteams is nog steeds hoog. De werving en selectie van mensen voor deze specialistische taak is moeilijk. Om zaken toch sneller te kunnen behandelen en zo meer slachtoffers te helpen, is besloten meer maatwerk te leveren. Bijvoorbeeld door in sommige gevallen het informatieve gesprek met een slachtoffer en/of het verhoor van een verdachte te laten uitvoeren door één in plaats van twee zedenrechercheurs. Dat laatste was tot nu toe de standaard, maar in sommige gevallen is het passend en mogelijk om van deze norm af te wijken. Daarnaast wordt op verschillende plekken in het land bijstand geleverd door algemeen rechercheurs. Zij kunnen naast zedenrechercheurs veel taken verrichten in een zedenonderzoek, zoals horen van getuigen, uitvoeren van digitaal onderzoek of maken van dossiers.

De Inspectie JenV zal in de tweede helft van dit jaar onderzoeken hoe de verbetermaatregelen in de praktijk uitpakken. Zij doet dit onder meer door te spreken met zedenslachtoffers en zedenrechercheurs. De Inspectie JenV wil zo achterhalen of de maatregelen daadwerkelijk zorgen voor een betere bejegening van zedenslachtoffers.