Leefomstandigheden en veiligheid HTL Hoogeveen moeten beter

De leefomstandigheden en de veiligheid op de handhavings- en toezichtlocatie (HTL) in Hoogeveen zijn niet op orde. Zo gebruiken sommige woonbegeleiders dwang en geweld, terwijl ze daar niet toe bevoegd zijn. Ook is er een gebrekkig dagprogramma en zijn asielzoekers te afhankelijk van medewerkers als het gaat om bezoek van een advocaat of medische zorg. Dat concludeert de Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspectie JenV) na onderzoek.

Vreemdelingen die in Nederland een asielverzoek hebben ingediend, worden geplaatst in asielzoekerscentra (AZC)’s van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). Asielzoekers die overlast veroorzaken kunnen worden geplaatst in een HTL om zo de veiligheid in reguliere AZC’s te vergroten. In de HTL werken woonbegeleiders van het COA samen met medewerkers van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), waaronder de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O) en werken er buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) van de DV&O. De boa’s handhaven de huisregels van de HTL en treden op tegen strafbare feiten.

Er geldt een strenger regime. Asielzoekers krijgen onder meer geen leef- en eetgeld, mogen het terrein niet verlaten en moeten verplicht een dagprogramma volgen. Ook krijgt elke asielzoeker een mentor en een begeleidingsplan om hen te helpen hun gedrag te verbeteren. Bij goed gedrag kan een asielzoeker terug naar een AZC.

In het voorjaar van 2022 ontving de Inspectie JenV een melding van misstanden binnen de HTL. Op basis daarvan vroeg de Inspectie JenV informatie op en hield zij gesprekken met medewerkers, en ex-bewoners. Ook bezocht zij eind augustus onaangekondigd twee keer de locatie en keek zij onder meer camerabeelden terug. Uit dit alles kwam het beeld naar voren dat de leefomstandigheden en de veiligheid op de HTL niet op orde zijn.

Zo passen woonbegeleiders geweld toe dat niet proportioneel is. De Inspectie heeft talrijke voorbeelden gehoord van incidenten waarbij asielzoekers een klap of schop kregen. Ook in gevallen waarin de asielzoeker niet agressief was of zelfs al wegliep. Enkele woonbegeleiders zeggen dergelijke uitoefening van geweld en dwang normaal te vinden, terwijl dat alleen in gevallen van zelfverdediging, en dus als laatste redmiddel, geoorloofd is. Het is onduidelijk hoe ver de boa’s mogen gaan in het toepassen van dwang, dat laat de Inspectie nog uitzoeken.

Verder heeft de Inspectie waargenomen dat enkele medewerkers de asielzoekers uitlachen of uitschelden, een werkwijze die escalatie juist in de hand werkt. Hoofdinspecteur Inspectie JenV Hans Faber: “De asielzoekers die in de HTL zitten zijn geen makkelijke groep. Maar dat betekent niet dat medewerkers zomaar geweld mogen gebruiken om personen te corrigeren. Het is belangrijk dat de HTL-medewerkers over handvatten beschikken om hun moeilijke taak te vervullen. Dat ze bijvoorbeeld weten hoe ze om moeten gaan met mensen met een verstandelijke beperking, verslaving en psychische problemen, want dat speelt er in die groep. Dat betekent voor het personeel: extra ondersteuning, begeleiding en opleiding, zodat ze makkelijker kunnen de-escaleren.”

De HTL geeft niet genoeg invulling aan het dagprogramma en de begeleiding is te beperkt. (Ex)bewoners geven aan niet te weten waar ze aan moeten werken om meer vrijheden te krijgen en terug te keren naar een AZC. Behalve eten en corvee zijn er geen andere activiteiten zoals gedragstrainingen en sport. Hierdoor ligt verveling op de loer en dit leidt juist tot meer overlast en negatief gedrag, in plaats van gedragsverbetering.

Asielzoekers hebben te beperkt toegang tot de advocatuur en de medische zorg en zijn daarbij te afhankelijk van de beschikbaarheid van HTL-medewerkers. Voor medische zorg bijvoorbeeld zijn asielzoekers geheel afhankelijk van de medewerkers van het COA. Zij begeleiden de asielzoeker bijna continu en moeten dus ook beschikbaar zijn. Ook is er geen onafhankelijke toetsing van klachten. Juist in een kwetsbare situatie waarin asielzoekers afhankelijk zijn van medewerkers en sprake is van geweld en dwang, is het belangrijk dat externe ogen meekijken. In het belang van zowel de asielzoekers als de medewerkers.

De Inspectie JenV heeft haar bevindingen direct teruggekoppeld aan het COA en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid zodat er zo snel mogelijk kan worden gewerkt aan verbetering.

Het gebouw van Handhaving- en Toezichtslocatie Hoogeveen vanaf de straat gezien. Op de voorgrond een parkeerplaats.