De nekklem als controletechniek moet toegestaan blijven

De Inspectie Veiligheid en Justitie is van oordeel dat de nekklem als controletechniek toegestaan moet blijven. De politie, de Koninklijke Marechaussee en de Dienst Justitiële Inrichtingen moeten wel een standpunt innemen over de nekklem als verwurgingstechniek en dit vervolgens doorvoeren in de opleidingen.

Onder controle brengen

De samenleving verwacht van medewerkers van de politie dat zij optreedt in gevallen waar dat nodig is. Zij kunnen dan in een situatie komen waarin zij een persoon onder controle moeten brengen, ook wanneer deze zich daartegen verzet. Om dat effectief en op proportionele wijze te doen, dienen de medewerkers gebruik te kunnen maken van adequate fysieke technieken. Hiertoe behoort ook de nekklem. Bij een nekklem omvat je met een arm de nek van een persoon.

Nekklem

In de praktijk gebruiken agenten regelmatig een nekklem om iemand onder controle te brengen. Dit is een bruikbare techniek die in beginsel, mits technisch correct toegepast, weinig risico met zich meebrengt. Als een agent met zijn arm de nek van iemand omvat, kan hij echter ook verwurgen. Hij kan óf de luchtpijp afknellen, óf beide halsslagaders. Hier zijn wel risico’s aan verbonden: de hals is een kwetsbaar lichaamsdeel.

Type verwurging niet in het opleidingscurriculum

Uit het onderzoek van de Inspectie Veiligheid en Justitie blijkt dat de politie, de Koninklijke Marechaussee en de Dienst Justitiële Inrichtingen geen van allen een type verwurging in het opleidingscurriculum heeft. In de praktijk leert een deel van de docenten dit echter wel aan. Een deel van de medewerkers past het ook toe in de praktijk. De Inspectie Veiligheid en Justitie roept de onderzochte organisaties op een helder standpunt in te nemen over de verwurging. Als ze vinden dat het niet nodig is voor de praktijk, mag het niet worden aangeleerd en toegepast. Als ze het wel nodig vinden voor de praktijk, moet het goed worden aangeleerd zodat het ook goed wordt toegepast.