Derde onderzoek vorming nationale politie

Onderzoek naar het in werking brengen van basisteams en districtsrecherche per 1 januari 2015

De Inspectie Veiligheid en Justitie verricht op verzoek van de minister van VenJ elk half jaar onderzoek naar de vorming van de nationale politie. In oktober 2014 heeft de Inspectie het derde onderzoek afgerond. De doelstelling van dit onderzoek was het in kaart brengen van de belangrijkste risico’s in het proces van het in werking brengen van de basisteams en de districtsrecherche per 1 januari 2015.

Vier ambities

Voor het in werking brengen van de basisteams en de districtsrecherche per 1 januari 2015 heeft de politie vier ambities benoemd:

  1. Teamchef met mandaat
  2. Driehoeksoverleg
  3. Resultaten versus capaciteit
  4. Wijkagenten

Deze ambities zijn volgens de Inspectie haalbaar, maar daarbij doen zich wel enkele risico’s en aandachtspunten voor, in de aanloop naar 1 januari 2015 en voor de periode daarna. De Inspectie heeft deze risico’s en aandachtspunten zo snel mogelijk met de korpsleiding gedeeld om de politie in staat te stellen zo nodig tijdig bij te stellen.

Aandachtspunten bij de vier ambities

Op het niveau van de ambities signaleert de Inspectie een aantal aandachtspunten. Voor de ambitie van de teamchef ziet de Inspectie twee aandachtspunten: de voorbereiding van de teamchefs die later beginnen en de motivatie van de tijdelijke teamchefs. In enkele gevallen is nog niet duidelijk wie namens de politie deelneemt aan het driehoeksoverleg; deze onduidelijkheid mag niet te lang blijven bestaan. Aandachtspunt bij de ambitie resultaten versus capaciteit is dat de politie van tevoren geen inzicht kan geven in de capaciteit die beschikbaar is voor de wensen van het bevoegd gezag. Tot slot is er in de eenheden Oost-Nederland, Noord-Holland en Zeeland – West-Brabant een tekort aan wijkagenten. Ook is er een gebrek aan geschikte ‘schaal 9-wijkagenten’ die een belangrijke rol krijgen in de nieuwe basisteams.

Risico’s

Uit het onderzoek blijkt dat de risico’s zich met name voordoen op het gebied van de informatievoorziening, de bedrijfsvoering, de personele reorganisatie en de sturing.

Informatievoorziening

  • Een zeer kritiek tijdpad voor het landelijk bronsysteem Beaufort NP
  • Het niet goed vullen van Beaufort NP
  • Personeelsgegevens niet meer altijd actueel

Bedrijfsvoering

  • Bedrijfsvoering onvoldoende verbonden met de rest van de organisatie
  • Onduidelijke status Politiedienstencentrum (PDC)

Personele reorganisatie

  • Onduidelijke communicatie heeft negatief effect op draagvlak en commitment

Sturing

  • Trage totstandkoming van de nieuwe governance
  • Ondoorzichtige besluitvorming
  • Onvoldoende integrale sturing

Het inspectierapport 'Derde onderzoek vorming nationale politie' is door de minister op 6 november 2014 met de voortgangsrapportage aan het parlement gestuurd.